Bron: NHD Editie Alkmaar 21 februari 2025
De Chocoladefabriek heeft ook na 75 jaar nog volop ambities
‘We willen de pindarotskoning van Nederland zijn’
Hun pindarotsjes, musketflikken en talloze andere producten liggen in de schappen van drie- tot vierduizend winkels in Nederland. Toch is de naam De Chocoladefabriek niet bekend bij consumenten. En hoewel dat een bewuste keuze is, steekt dat toch een beetje bij het Heerhugowaardse bedrijf.
Sinds 2021 staat de naam “De Chocoladefabriek” op de gevel van het pand, waar voorheen tientallen jaren de naam “Rijkenberg” prijkte. Maar wie in de schappen van supermarktketens als Albert Heijn, Jumbo of de HEMA naar chocolade van De Chocoladefabriek zoekt, zal deze niet tegenkomen.
Bert Baron, die per 1 januari zijn functie van commercieel directeur verruilde voor die van algemeen directeur, en die samen met Hans Neef (de vorige CEO) eigenaar is van de fabriek, verklaart:
“Wij maken huismerken voor winkelketens en groothandelaren en produceren niet onder onze eigen naam.”
Aan de ene kant vindt hij dat best frustrerend, maar hoewel hij best ook een merkfabrikant zou willen zijn, verwacht hij niet dat daar op korte termijn verandering in komt.
“Ik vind focus belangrijk. Het is lastig om zowel een goede private label fabrikant als een goede merkfabrikant te zijn. Merken bouwen is een andere tak van sport. Je moet niet alleen in machines investeren, maar ook in de naamsbekendheid.”
Dit jaar bestaat het bedrijf 75 jaar, iets dat vooral gevierd wordt met klanten en de circa 30 medewerkers en hun aanhang. Een grote open dag voor alle belangstellenden uit de regio zit er volgens Baron niet in vanwege de strenge hygiëne-eisen waaraan het bedrijf moet voldoen.
Wie wel een rondleiding zou krijgen, zou zien dat de fabriek uit één grote ruimte bestaat met daarin alle machines. Het pand is in de loop der jaren meerdere keren uitgebreid. “Vroeger was het een woonhuis met daarachter een paar schuren. Het is nog steeds wel een hokkerig gebouw. Het is woekeren met de ruimte,” zegt Baron. “Al hebben we wel een heel goede opslag.”
Met name de afgelopen jaren is het machinepark flink vernieuwd. Zo is er een nieuwe tempereermachine gekomen, waarmee de chocolade op de juiste temperatuur wordt gebracht. En onlangs werd een tweede lijn in gebruik genomen voor de productie van pindarotsjes, met een machine die veel meer rotsjes tegelijkertijd kan maken.
De pindarotsjes zijn dan ook de trots van De Chocoladefabriek.
Baron: “Er zijn private label-bedrijven die veel groter zijn dan wij en dus moeten wij ons onderscheiden. Wij maken bijvoorbeeld geen tabletten, maar we behoren wel tot de grootste producenten van pindarotsjes.” Deze worden gemaakt van Belgische chocolade en Argentijnse pinda’s.
Geen enkele pindarots ziet er hetzelfde uit. “Iedere pindarots is uniek in vorm en samenstelling, en dat komt doordat wij voor ieder rotsje apart de pinda’s en de chocolade bij elkaar brengen. Dit geeft telkens een nieuwe samenstelling. Bij de meeste andere producenten wordt eerst een premix gemaakt.”
Naast de pindarotsjes is De Chocoladefabriek sterk in musketflikken (bedekt met spikkeltjes), chocolade in allerlei vormen en het glaceren van koekjes of pretzels. “Voor alles geldt dat we streven naar een hoge kwaliteit,” aldus Baron. Aan de komst van nieuwe producten gaat volgens hem een lange periode van voorbereiding vooraf. “We werken heel nauw samen met onze klanten. We zijn bijvoorbeeld al een half jaar bezig met Sinterklaas en kerst 2025. Daarbij gaat het niet alleen over de producten, maar ook verpakkingen.”
Die klanten verwachten dat er zo duurzaam mogelijk wordt geproduceerd. “We kijken naar oplossingen om ons gasverbruik te minimaliseren en ook moet de verpakking recyclebaar zijn. Verder wordt onze chocolade duurzaam ingekocht. We gebruiken chocolade met het certificaat van Rainforest Alliance of Fair Trade.”
Waar het bedrijf enkele jaren geleden nog een beperkte omzet had, groeide het in 2025 naar tien miljoen euro omzet.
“We willen met zoveel mogelijk producten in zoveel mogelijk winkels liggen en zo efficiënt mogelijk produceren. Met andere woorden: we willen de omzet verhogen en de kosten verlagen.”
Hij benadrukt echter dat de fabriek niet kan opereren zonder het vakmanschap en de passie van de medewerkers. “Hoe je chocolade op de juiste manier behandelt zodat deze een mooie glans krijgt en de welbekende knak heeft, dat is een vak apart. Dat moet met veel precisie gebeuren.”
Baron zelf groeide op in de Wieringermeer. Zijn vader was eigenaar van Baron Diepvries, een groothandel in diepvriesproducten. Na zijn studie bedrijfskunde werkte hij onder meer bij Smiths, Grolsch en Unilever, voordat hij zestien jaar bij Coca-Cola werkte, waarvan de laatste zeven jaar op directieniveau.
“Het leuke aan het werken bij corporate bedrijven is dat als je iets doet, het ook meteen groot en impactvol is. Maar het zijn wel logge organisaties, vergelijkbaar met een olietanker. Het was mijn wens om een keer in een speedboot te zitten. Bij een mkb-bedrijf heb je als directeur veel meer impact. Hier bepaal je of je links- of rechtsaf gaat. Daar ben ik naar op zoek gegaan en zo kwam ik drieënhalf jaar geleden bij De Chocoladefabriek terecht.“
Bert Baron (links) en Hans Neef tussen hun producten.
Maar waar liggen de kansen voor het bedrijf?
“Overal waar pindarotsjes worden verkocht, willen wij de leverancier zijn. We willen de pindarotskoning van Nederland zijn.”
Een bedreiging is de prijs van chocolade. “Die is drie keer zo hoog als anderhalf jaar geleden, onder meer door mindere oogsten en speculatie. We moeten er rekening mee houden dat chocolade nooit meer zo goedkoop wordt als het was.”
De chocolade voor de pindarotsen en de overige producten wordt vloeibaar ingekocht in België. Deze wordt vervolgens opgeslagen en warm gehouden (circa 40 graden) in vier grote tanks voor melkchocolade (2), pure chocolade en witte chocolade. Daarna gaat de chocolade naar de dagtanks waarin deze constant wordt geroerd, zodat er geen stukjes achterblijven. Vervolgens wordt de chocolade via leidingen naar verschillende machines getransporteerd waar vormpjes worden gevuld of pindarotsjes worden gespoten.
Nadat de producten zijn verpakt, gaan ze naar de opslag waarbij ze in een temperatuur van maximaal achttien graden worden bewaard totdat ze naar de klant worden vervoerd. De meeste chocolade is bestemd voor de Nederlandse markt.
“Maar we hebben ook klanten in Israël, Spanje, Duitsland, Denemarken en Finland.”
De oorsprong van De Chocoladefabriek ligt in Haarlem, waar in de jaren ’50 de heer Van Houten een kleine suikerwerkfabriek startte. J.H.J. Rijkenberg senior nam in 1957 nam Rijkenberg senior het bedrijf over. Hij ging ook chocoladeproducten produceren.
Tien jaar later verhuisde het bedrijf naar de Van Leeuwenhoekstraat in Heerhugowaard, de locatie waar het vandaag de dag nog steeds gevestigd is. Elk tien jaar onderging het bedrijf een flinke uitbreiding, met in 2009 de aanbouw van grote koelcellen en extra kantoorfaciliteiten.
In 1982 begon het bedrijf met de productie van pindarotsjes. Nadat Jos Rijkenberg junior in 1994 het bedrijf overnam, werd de fabriek verder gemoderniseerd. In 2012 werd het familiebedrijf overgenomen door Hans Neef en twee andere compagnons. In 2021 werd Neef de enige eigenaar totdat Bert Baron dit jaar een aandeel nam in het bedrijf.
Sinds 2021 prijkt de naam “De Chocoladefabriek” op de gevel, waarmee afscheid werd genomen van de naam “Rijkenberg”.
De Chocoladefabriek | van Leeuwenhoekstraat 8, 1704 RC Heerhugowaard | Tel. +31 (0)72 57 10 777 | info@dechocoladefabriek.nl | LinkedIn